Aardbeien kweken, hoe doe je dat?
Zelfgekweekte aardbeien smaken zoveel lekkerder dan een bakje dat je gekocht hebt in de supermarkt. Wist je dat je aardbeien gemakkelijk zelf kunt kweken? We helpen je op weg met een handig stappenplan!
Stap 1: Bepaal welke aardbei je wilt kweken
Geen aardbei-ras smaakt hetzelfde. Sommige aardbeiplanten brengen grote aardbeien voort, anderen juist kleine, smaakvolle, maar bijvoorbeeld minder sappige aardbeien. Koop bijvoorbeeld een bakje aardbeien bij de groenteman en proef alvast welke aardbei jij het lekkerst vindt.
Sommige aardbeiplanten geven je in juni en juli meteen een hoop aardbeien. Dat worden de éénmaaldragende planten genoemd. Rassen die dat doen zijn bijvoorbeeld de Elsanta, Maxim, Gigantella, Lambada, Elianny, Sonata, Elvira, Induka en Rumba. Je hebt ook planten waarbij je de hele zomer aardbeien kunt plukken – van juni tot september. Deze aardbeien zijn dan wel een stukje kleiner. Dit zijn de doordragende planten, onder andere de Amandina, Selva en Ostara.
Stap 2: Aardbeien zaaien
Elke aardbei bevat aan de buitenkant zo’n tweehonderd zaden. Maar het opkwekken van grote planten die later ook zelf weer veel aardbeien leveren, is niet gemakkelijk. Behalve de bosaardbei, die is wel gemakkelijk zelf te zaaien. Bedek de zaadjes losjes met een beetje aarde en hou de aarde vochtig. Heeft het plantje twee blaadjes gekregen, dan is het tijd om te verpotten.
Stap 3: Kies voor miniplantjes
Handiger is om alvast kleine aardbeiplantjes in het tuincentrum te komen. Die zet je meteen in een pot of in de grond. Zorg wel voor genoeg beschutting, want pas na 14 mei (Ijsheiligen) zijn ze sterk genoeg. Zet ze bijvoorbeeld ‘s nachts binnen.
Stap 4: Zelf stekken van aardbeiplant
Een aardbeiplant leent zich er ook goed voor om zelf te gaan stekken – de goedkoopste manier. Een aarbeiplant maakt uitlopers. Dat zijn die lange dunne stengels. Hoe gezonder de ‘moederplant’ is, hoe beter de stekjes. Kies twee uitlopers. Je ziet een groene verdikking, soms al met kleine worteltjes. Deze druk je voorzichtig in een pot met aarde –terwijl deze uitloper vast blijft zitten aan de moederplant. Je kunt de uitloper bijvoorbeeld vast maken met een gebogen satestokje. Hecht de uitloper zich met de wortels in de grond, dan knip je de uitloper los van de moederplant. De plant groeit nu zelf verder met straks vol aardbeien!
Tip: Tijd om aardbeien te plukken? Het beste is dat je aardbeien knipt. Om te voorkomen dat je plant ziek wordt, moet namelijk ook het kroontje worden afgeknipt.